Vind het werkwoord/ onderwerpVersión en línea Dit is een quiz waar je vragen krijgt over het werkwoord en het onderwerp por Yuki Mimaru 1 Wat doet het onderwerp? a het is het werkwoord b Het onderwerp doet de actie c Het onderwerp is de actie d Het onderwerp zet je aan het eind 2 Wat is het werkwoord? a Het werkwoord is de actie in de zin b Het werkwoord doet de actie c Het werkwoord is het onderwerp d Het werkwoord zet je altijd aan het einde van de zin 3 Vind het werkwoord in de volgende zin: Mom loves shopping Geschreven antwoord 4 Vind het werkwoord in de volgende zin: John is always ignoring his girlfriend Kies één of meerdere antwoorden a John b is c always d ignoring 5 Vind het onderwerp in de volgende zin: Kate doesn't know what to do a Doesn't b know c Kate d to do 6 Hoe vind je het werkwoord? a Het werkwoord zit altijd aan het begin van de zin b Door te vragen: Wat is de actie in de zin? c Door te vragen: Wat is het onderwerp? 7 Hoe vind je het onderwerp? a Door te vragen: Wat is het onderwerp? b Het onderwerp zit altijd aan het einde van de zin c Het onderwerp zit altijd aan het begin van de zin d Door te vragen: Wie of wat + werkwoord 8 Vind het onderwerp in de volgende zin: Dad named his kids: Lysander and John a Dad b Lysander c John d Lysander and John Uitleg 8 Wie doet de actie hier? Dad doet de actie (named). De vader geeft de kinderen de namen. Niet andersom, dus Lysander en John zijn niet het onderwerp!