Icon Crear Crear

NOZ 2.2 De nieuwe speelster2-C

Completar frases

2. In de minibus
Gatentekst met ENGELSE woorden

Descarga la versión para jugar en papel

Edad recomendada: 12 años
0 veces realizada

Creada por

Curazao

Top 10 resultados

Todavía no hay resultados para este juego. ¡Sé el primero en aparecer en el ranking! para identificarte.
Crea tu propio juego gratis desde nuestro creador de juegos
Compite contra tus amigos para ver quien consigue la mejor puntuación en esta actividad

Top juegos

  1. tiempo
    puntuacion
  1. tiempo
    puntuacion
tiempo
puntuacion
tiempo
puntuacion
game-icon

Completar

NOZ 2.2 De nieuwe speelster2-C

2. In de minibus Gatentekst met ENGELSE woorden

Esther Schasfoort
1

talent stopt tegenstanders pindakaas jongen welkom Uitstappen wegen hun minibus lopen bochten vier chauffeur kijkt meneer buiten stopt later binnen sporthal jullie zegt heet samen kruispunt

NOZ 2 . 2 De nieuwe speelster2 - C
2 . In de minibus

Carlos en James lopen naar ( outside ) . James eet zijn boterham met ( peanut butter ) . Ze lopen naar het ( crossing ) bij de supermarkt . Daar wachten ze op de ( mini bus ) . Een minuut ( later ) komt de minibus . Carlos en James steken ( their ) hand op . De minibus ( stops ) en de jongens stappen in . De ( busdriver ) kijkt vrolijk uit zijn ogen en begint te praten . ? Hallo jongens , ( welcome ) in mijn minibus ! ?

De chauffeur stuurt de minibus door de ( curves ) . De ( roads ) op Saba zijn heel kronkelig ! De chauffeur vraagt : ? Waar ( Where ) gaan jullie heen ? Wat gaan ( you ) doen ? ? Carlos geeft antwoord : ? We gaan sporten , ( Sir ) . We gaan voetballen in de ( gym ) bij St . Johns . ? De chauffeur ( looks ) naar Carlos en zegt : ? Hé , nu zie ik het , jou ken ik . Jij bent die ( boy ) die zo goed kan voetballen . Jij hebt veel ( talent ) . Dat zeggen de mensen . Hoe ( called ) je ook al weer ? ? ? Ik heet Carlos , meneer ? , ( says ) Carlos .

De chauffeur ( stops ) de minibus en zegt : ? We zijn bij de sportzaal . ( Get out ) ! ? De jongens stappen uit en ( walk ) naar de sportzaal . Ze gaan naar ( inside ) . Hun vrienden Humphry en Eddy voetballen vaak ( together ) . Er zijn nog ( four ) andere jongens . Dat zijn de ( adversaries ) .