Icon Buscar juegos
Icon Crear Crear

Werkwoorden in de v.t.

Completar frases

Vul de werkwoorden met klankverandering in. Let op : Verleden tijd!

Descarga la versión para jugar en papel

Editar icon Duplicar
Crear reto icon Crear reto
Imprimir icon Imprimir PDF
Sobre Completar frases
werkwoorden
 Edad recomendada: 11 años
19 veces realizada

Creada por

Nathalie Herremans
Nathalie Herremans
Bélgica

Top 10 resultados

  1. 1
    Puttemans Kerlijn
    Puttemans Kerlijn
    01:02
    tiempo
    100
    puntuacion
  2. 2
    5e leerjaar A klasnummer 3
    5e leerjaar A klasnummer 3
    01:35
    tiempo
    100
    puntuacion
  3. 3
    5e leerjaar A klasnummer 7
    5e leerjaar A klasnummer 7
    04:08
    tiempo
    61
    puntuacion
¿Quieres aparecer en el Top 10 de este juego?
Inicia sesión
para identificarte.
Crea tu propio juego gratis desde nuestro creador de juegos
Crear completar frases
Compite contra tus amigos para ver quien consigue la mejor puntuación en esta actividad
Crear reto

Top juegos

  1. tiempo
    puntuacion
  1. tiempo
    puntuacion
tiempo
puntuacion
tiempo
puntuacion
Has superado el número máximo de juegos que puedes imprimir con tu Plan actual.
Para imprimir tantos juegos como quieras, necesitas un Plan Académico o un Plan Comercial.
Obtener Plan Académico

Imprime tu juego

game-icon

Completar

Werkwoorden in de v.t.

Vul de werkwoorden met klankverandering in. Let op : Verleden tijd!

Nathalie Herremans
1

draafden verbaasd bloedde veegden Hoorde draaide rekende bewaakten verveelde strandde verplantte smulde lichtte ontsnapte barstte siste verlootten hoorden

draaien : De auto in het midden van de weg .
vervelen : Het kind zich de hele middag .
bloeden : Gisteren Guus uit zijn neus .
verbazen : Mama was erg over mijn goede resultaten .
smullen : Ik van die lekkere aardbeientaart .
bewaken : De buren ons huis terwijl wij op reis waren .
verplanten : Vorig jaar de tuinman deze boom .
rekenen : Jij een beetje te vlug !
sissen : De slang gevaarlijk naar het publiek .
lichten : De matroos het anker .
ontsnappen : De spion reisde naar het buitenland .
verloten : De organisatoren vorige week een televisietoestel .
horen : jij ook die donderslag vannacht ?
stranden : Het schip op een zandbank .
barsten : De voorruit van onze auto door een put in de weg .
horen : Wij een luide knal .
vegen : De schoonmaaksters de gang .
draven : De paarden in de wei .

Imprimir PDF