Icon Crear Crear

Consumptie-4

Completar frases

Invuloefening

Descarga la versión para jugar en papel

0 veces realizada

Creada por

Países Bajos

Top 10 resultados

Todavía no hay resultados para este juego. ¡Sé el primero en aparecer en el ranking! para identificarte.
Crea tu propio juego gratis desde nuestro creador de juegos
Compite contra tus amigos para ver quien consigue la mejor puntuación en esta actividad
  1. tiempo
    puntuacion
  1. tiempo
    puntuacion
tiempo
puntuacion
tiempo
puntuacion
game-icon

Completar

Consumptie-4

Invuloefening

Economietrainer Economietrainer
1

Huurkoop inkomsten uitgaven consumptiegoederen werken vaste arbeid afbetaling bezit arbeid incidentele dagelijkse consumptiegoed rente budgetteren bezit kredietkosten laatste inkomensoverdracht terugkerende consumptief

Er zijn verschillende inkomensvormen . Je kunt inkomen hebben door te leveren ( ) of . In beide gevallen levert men een prestatie : of en worden daarvoor beloond .
Wanneer je geen prestatie hoeft te leveren spreek je over . Zakgeld , kleedgeld en uitkering zijn voorbeelden van overdrachtsinkomen . Als je inkomsten en uitgaven op elkaar af stemt ben je aan het .

Een begroting is een overzicht van verwachte en voor de komende periode .
Uitgaven zijn te verdelen in uitgaven , lasten en uitgaven .
Dagelijkse uitgaven zijn de gewone huishoudelijke uitgaven bijvoorbeeld voeding , persoonlijke verzorging , uitgaan en zakgelduitgaven .

Vaste lasten zijn regelmatig uitgaven zoals woonlasten , verzekeringen en abonnementen .
Incidentele uitgaven , uitgaven die af en toe voorkomen . Bijvoorbeeld : wooninrichting , kleding , vakantie ? ? ? ? ? ? . . Voor de incidentele uitgaven moet je reserveren of sparen : je zet geld opzij om hier later grote of onverwachte uitgaven mee te betalen .

Sparen betekent dat je een deel van je inkomen niet uitgeeft . Er zijn verschillende spaarmotieven : sparen voor de rente , sparen voor een bepaald doel en sparen uit voorzorg .
Rente of interest is een vergoeding voor iemand die zijn geld beschikbaar stelt . Heb je geld voor een langere tijd niet nodig kun je een spaardeposito nemen .

Lenen betekent dat je gebruik maakt van geld van een ander . Het geleende geld moet je terugbetalen ( aflossen ) . Als vergoeding voor het lenen betaal je . Dit noem je ook . Een lening noem je ook wel krediet .

Er zijn spaarmotieven en leenmotieven : je hebt tijdelijk geldtekort , je wilt nu genieten . Het gaat dan om zoiets als een auto of meubels . Dit noemen we duurzame . Dringend geld nodig en niet over spaargeld beschikken is ook een spaarmotief .

Wanneer geld leent om een ( auto , televisie ) te kopen noem je dit een krediet . Dit zijn bijvoorbeeld een persoonlijke lening en een doorlopend krediet . Bij leveranciers kun je kopen op krediet . Dit heet kopen op .

Het artikel wordt geleverd en je bent meteen eigenaar . is bijna hetzelfde met het verschil dat je pas eigenaar bent als je de termijn heb betaald .