Icon Crear Crear

DUIZEND JAAR POEZIE

Presentación

DUIZEND JAAR POEZIE IN HONDERD MINUTEN EN TIEN GEDICHTEN

LESDOCUMENT: achtergrondinformatie bij de tien gedichten

Descarga la versión para jugar en papel

Edad recomendada: 15 años
7 veces realizada

Creada por

Bélgica

Top 10 resultados

Todavía no hay resultados para este juego. ¡Sé el primero en aparecer en el ranking! para identificarte.
Crea tu propio juego gratis desde nuestro creador de juegos
Compite contra tus amigos para ver quien consigue la mejor puntuación en esta actividad

Top juegos

  1. tiempo
    puntuacion
  1. tiempo
    puntuacion
tiempo
puntuacion
tiempo
puntuacion
 
game-icon

DUIZEND JAAR POEZIE Versión en línea

DUIZEND JAAR POEZIE IN HONDERD MINUTEN EN TIEN GEDICHTEN LESDOCUMENT: achtergrondinformatie bij de tien gedichten

por Jurgen Collier
1

Guido Gezelle

Guido Pieter Theodorus Josephus Gezelle (Brugge, 1 mei 1830 - aldaar, 27 november 1899) was een Belgisch priester, lyrisch en hekeldichter en vertaler. Hij is bekend om zijn fijnzinnige gedichten over de natuur, zijn beeldend taalgebruik en als virtuoos taalkunstenaar. O 't ruischen van het ranke riet en Het Schrijverke uit de dichtbundel Dichtoefeningen (1858) zijn slechts twee van zijn bekendste werken.

2

leerling Eugeen Van oye

Eugenius Josephus Marie (Eugeen) van Oye (Torhout, 3 juni 1840Gistel, 4 juni 1926) was arts en een Vlaams dichter en toneelschrijver. Guido Gezelle schreef voor hem tijdens zijn schooltijd aan het Klein Seminarie in Roeselare het befaamde Dien Avond en die Rooze.

3

Herman de Coninck

Herman August Paul De Coninck (Mechelen, 21 februari 1944 - Lissabon, 22 mei 1997) was een Vlaams dichter, essayist, journalist en tijdschriftuitgever. Herman De Coninck staat bekend als “de man die zijn volk poëzie leerde lezen”.

In 1997 bezweek de dichter aan een hartstilstand in het bijzijn van enkele andere vooraanstaande dichters (o.a. Anna Enquist en Hugo Claus) terwijl hij op weg was naar een congres in Lissabon. Op het trottoir in Lissabon waar De Coninck stierf is een tegel geplaatst met zijn naam, geboorte- en sterfdatum. Het leven van De Coninck werd getekend door enkele tegenslagen. Toen hij eenentwintig jaar oud was verloor hij zijn vader. Zijn eerste echtgenote, An Somers, overleed in een auto-ongeval. Van zijn tweede vrouw, Lieve Coppens, zou hij scheiden. Hij vond troost bij de derde vrouw in zijn leven, de schrijfster Kristien Hemmerechts.

Met zijn eerste dichtbundel De Lenige Liefde (1969) maakt hij poëzie toegankelijk voor iedereen. De Coninck 'herwaardeert' hierin de gewone taal en dus ook het gewone leven. Dit maakte hem tot de vader van het nieuw realisme.

4

Alice Nahon

Alice Nahon (Antwerpen, 16 augustus 1896 - aldaar, 21 mei 1933) was een Antwerpse dichteres. In Vlaanderen is Nahon wellicht het meest bekend van de versregels van haar Avondliedeke III:

"'t is goed in 't eigen hert te kijken, nog even vóór het slapengaan, of ik van dageraad tot avond, geen enkel hert heb zeer gedaan, ..."

Deze regels behoren tot de canon, het geheel van meesterwerken uit een bepaald domein (zoals de literatuur of de schilderkunst). Vaak horen bepaalde stukken tekst of gedichten tot het collectieve geheugen van een bepaalde generatie.
5

Hans Andreus

Hans Andreus, pseudoniem van Johan Wilhelm van der Zant (Amsterdam, 21 februari 1926 – Putten, 9 juni 1977) was een Nederlandse dichter en schrijver.

Andreus debuteerde in 1951 met de dichtbundel 'Muziek voor Kijkdieren' in de poëziereeks De Windroos. Zijn werk wordt gerekend tot de experimentele dichtkunst van De ‘Vijftigers’, waartoe onder andere ook Lucebert, Bert Schierbeek en Remco Campert behoorden.

6

Egidiuslied

Egidiuslied
auteur onbekend, ca. 1400, Brugge

Lees de uitleg op deze pagina! (+ tekst van het lied)

7

Paul Van Ostaijen

Leopold Andreas (Paul) van Ostaijen (Antwerpen, 22 februari 1896Miavoye-Anthée, 18 maart 1928) was een Belgisch dichter en prozaschrijver.

Van Ostaijen werd geboren uit een Nederlandse vader  en een Vlaamse moeder, afkomstig uit Rekem. Op de middelbare school werd hij als een probleemgeval beschouwd. In juli 1913 werd hij uiteindelijk van school ge­stuurd. Een paar maanden later ging hij aan de slag als be­diende op het Stadhuis van Antwerpen.

Paul begon het Antwerpse uitgaansleven te verkennen en werd al gauw een bekendheid. De dichter had als bijnaam Meneer 1830, omdat hij als dandy in de mode van die tijd in Antwerpen langs de Meir en de De Keyserlei flaneerde.

Hij overleed op 18 maart 1928 aan de gevolgen van tbc in het sanatorium van Miavoye-Anthée in de Ardennen. Hij werd aanvankelijk in dit dorpje begraven, maar werd herbegraven op het Antwerpse Schoonselhof. Op 8 november 1952 kreeg hij er zijn definitieve rustplaats op het erepark.

8

expressionisme

Dé belangrijkste persoon voor het expressionisme in de Nederlandstalige literatuur is Paul van Ostaijen. Met zijn Music-hall uit 1916 luidde hij een nieuwe tijd in binnen de Nederlandstalige literatuur. Hierin experimenteert hij met ritmische typografie en een dynamische schikking van de tekst en weerklinkt de oproep tot een universele verbondenheid van het mensdom.

Het gaat in deze poëzie vooral om het overbrengen van een gevoel in plaats van een boodschap. Het klassieke vers wordt vaak vervangen door zinnen zonder leestekens of hoofdletters, door grammaticale vrijheid en door vreemde woordcombinaties.

9

filmpje: "Marc groet 's morgens de dingen"

10

Willem Elsschot

Willem Elsschot (pseudoniem van Alphonsus Josephus de Ridder) (Antwerpen, 7 mei 1882 – aldaar, 31 mei 1960) was een Vlaamse romanschrijver en dichter. Hij schreef poëzie en 750 pagina's proza, met als bekendste titels Lijmen/Het been (roman, 1923 en 1938) en Kaas.

De werken van Elsschot worden gekenmerkt door een droge, scherpe humor die vaak cynische vormen aanneemt, maar waarin je altijd de gevoelsmens Elsschot blijft herkennen. Verder bevatten zijn werken nauwkeurige beschrijvingen van de omgeving. Het taalgebruik is nuchter, helder en zakelijk en doet ook vandaag nog opvallend modern aan.

11

PN Van Eyck

Pieter Nicolaas van Eyck (Breukelen, 1 oktober 1887 – Wassenaar, 10 april 1954) was een Nederlandse dichter en criticus. Hij ontving in 1947 de Constantijn Huygensprijs voor zijn hele oeuvre. Pieter Nicolaas is de vader van de architect Aldo van Eyck.

Zijn bekendste gedicht is De tuinman en de dood, dat hij plagieerde van een gedicht van de Franse kunstenaar en leeftijdgenoot Jean Cocteau (1889 -1963) uit diens roman Le Grand Écart.
educaplay suscripción