Crear actividad
Jugar Test
1. 
In Kaapstad maakt de zon de volgende dagboog
A.
westen
B.
oosten
C.
zuiden
D.
noorden
2. 
Op het noordelijk halfrond maakt de zon een dagboog
A.
in tegenwijzerzin
B.
in wijzerzin
3. 
Op het zuidelijk halfrond maakt de zon een dagboog
A.
in tegenwijzerzin
B.
in wijzerzin
4. 
De aarde draait om haar eigen denkbeeldige as in één etmaal, dit is
A.
6 uur
B.
12 uur
C.
18 uur
D.
24 uur
5. 
De zon belicht de aarde eerst in het oosten en later in het westen. In welke zin draait dan de aarde?
A.
van rechts naar links
B.
van onder naar boven
C.
van links naar rechts
6. 
De zon belicht de aarde eerst in het oosten en later in het westen. In welke zin draait dan de aarde?
A.
van noord naar zuid
B.
van west naar oost
C.
van oost naar west
7. 
Een astronaut kijkt vanuit de ruimte naar de aardrotatie met zicht op de N-pool. In welke richting ziet hij de aarde draaien?
A.
in tegenwijzerzin
B.
in wijzerzin
8. 
Een astronaut kijkt vanuit de ruimte naar de aardrotatie met zicht op de Z-pool. In welke richting ziet hij de aarde draaien?
A.
in tegenwijzerzin
B.
in wijzerzin
9. 
Eén persoon staat op de evenaar, iemand anders staat op hetzelfde moment op de Noordpool. Wie haalt de grootste rotatiesnelheid?
A.
De persoon op de evenaar
B.
De persoon op de Noordpool
C.
geen van beiden, want bij allebei is de rotatiesnelheid gelijk.
10. 
Bij jou thuis volgt de zon de volgende dagboog
A.
westen
B.
oosten
C.
noorden
D.
zuiden