Crear juego
Jugar Test
1. 
'Eindelijk' kan je zeggen
A.
als de trein komt en je lang hebt moeten wachten.
B.
als je te laat in het station aankomt en je hebt je trein gemist.
C.
als je man of vrouw heel laat thuiskomt.
2. 
'Dat kan niet waar zijn' kan je zeggen
A.
als je iets niet gelooft.
B.
als je vindt dat iets niet klopt.
C.
als iemand je zegt: 'Dank je wel.'
3. 
'Misschien' kan je zeggen
A.
als iemand je vraagt: 'Kom je?' en je weet niet zeker of je komt.
B.
als iemand je zegt: 'Ik kom.'
C.
als iemand je zegt: 'Dat is waar' en je gelooft hem niet.