Hoe noemen we het proces waarbij koolstof via CO2 wordt vastgelegd in glucosemoleculen?
3.
Wie behoort niet tot de producent op de koolstofkringloop?
A.
Boom
B.
Plant
C.
Vos
D.
Fytoplankton
4.
Wat is de juiste reactieformule van celademhaling? Klik aan.
A.
6 H2O + 6 CO2 → C6H12O6 + 6 O2
B.
C6H12O6 + 6 H2O + 6 O2 ⇒ 6 CO2 + 12 H2O + 38 ATP + warmte
5.
Welke groepen spelen een rol in de koolstofkringloop? Klik aan (er zijn meerdere antwoorden mogelijk).
A.
Producenten
B.
Consumenten
C.
Reducenten
6.
Als de mens fossiele brandstoffen uit de ondergrond haalt en verbrandt, pompen we eigenlijk oude............ terug de atmosfeer in. Klik de juiste antwoord(en) aan.
A.
Zuurstofgas
B.
Koolstofdioxide
C.
Stikstofgas
7.
Voorbeelden van fossiele brandstoffen zijn... Klik de juiste antwoord(en) aan.
A.
Aardolie
B.
Ijzer
C.
Steenkool
8.
Wat doen de reducenten in de koolstofkringloop? Klik het juiste antwoord aan.
A.
Voeden zich met energierijke, anorganische stoffen
B.
Breken anorganisch afval tot organische stoffen
C.
Breken organisch afval af tot anorganische stoffen
9.
De anorganische stoffen zijn onuitputtelijk. Is dit juist of fout?
A.
Neen, elke stof wordt niet steeds opnieuw gebruikt
B.
Ja, dit dankzij de materiekringloop
10.
Hoe verklaar je dat een grootschalige ontbossing het evenwicht van de koolstofkringloop kan verstoren?
A.
Door massaal te ontbossen vermindert het aandeel van fotosynthese t.o.v. celademhaling in de koolstofkringloop. Hierdoor vermeerdert CO2 in de atmosfeer.
B.
Door massaal te ontbossen vermindert het aandeel van fotosynthese t.o.v. celademhaling in de koolstofkringloop. Hierdoor vermindert CO2 in de atmosfeer.
