1
Ons 23e paar chromosomen, bestaande uit XX (vrouw) of XY (man).
2
... aandoeningen. Bij deze aandoeningen zijn dikwijls meerdere genen defect, maar speelt ook de leefomgeving een belangrijke rol.
3
De DNA molecule die opgewonden is rond een eiwitketen, in deze vorm bevindt DNA zich in de kern van een niet-delende cel.
4
De wetenschap die technieken ontwikkelt om het genetische materiaal van een organisme gericht te wijzigen.
5
Eerste stap van de eiwitsynthese. Overschrijving van DNA.
6
De suiker die deel uitmaakt van DNA
7
Het bestrijden van een ziekte door het goede gen in de cellen te smokkelen.
8
Tweede stap van de eiwitsynthese. Vertaling van RNA-code tot eiwitketen.
9
De bouwsteen van DNA.
10
Deze enorm opgerolde en reeds gekopieerde vorm van een DNA-molecule is enkel te vinden in een delende cel. De mens heeft er normaal gezien 46 van.
11
... code. Deze universele code geeft het verband tussen de codons en het aminozuur.
12
Factoren uit ons leefmilieu die mutaties veroorzaken.
13
Bouwsteen van een eiwit
14
Hiervoor staat de t in tRNA.
15
Rangschikking van chromosomen van groot naar klein.
16
... erfelijke aandoening. Aandoening die veroorzaakt wordt door mutatie in één gen. Bijvoorbeeld PKU of kleurenblindheid.
17
Celorganel waarin de overschrijving van RNA tot eiwitketen gebeurt.
18
Factoren uit onze omgeving die onze DNA-sequentie niet veranderen maar wel effect hebben op de werking van DNA.
19
Een blijvende verandering in het DNA.
20
De gehele samenstelling van ons DNA
21
De suiker die deel uitmaakt van RNA
22
3-lettercombinatie van het RNA dat één aminozuur codeert.
23
Een afgebakend stukje DNA dat één eiwit codeert.
24
Afkorting voor genetisch gemodificeerde organismen.
