Crear actividad
Jugar Test
1. 
Als twee verschillende instrumenten dezelfde toon laten klinken noemen we dit
A.
meerstemmig
B.
tweestemmig
C.
unisono
D.
homofoon
2. 
Het tegenovergestelde van polyfoon is
A.
homofoon
B.
stereofoon
C.
monofoon
D.
unisono
3. 
Hoe noemen we het improviseren met de stem met onzinwoordjes?
A.
backing vocals
B.
grooving
C.
lead vocals
D.
scatten
4. 
Welke omschrijvingen horen bij polyfoon?
A.
Iedere stem is zelfstandig.
B.
De verschillende stemmen hebbeb ongeveer hetzelfde ritme
C.
De hoogste stem is meestal het belangrijkst.
D.
De verschillende stemmen lopen vaak door elkaar heen.
5. 
Hoe noemen we het als een zanger iets voorzingt en het koor nazingt in een soort vraag- en antwoordspel?
A.
scatten
B.
call & response
C.
backing vocals
D.
close harmony
6. 
Hoe wordt zingen zonder instrumentale begeleiding genoemd?
A.
scatten
B.
close harmony
C.
backing vocals
D.
a capella
7. 
Welke begrippen passen bij de volgende zin: Een koor zingt een vierstemmige canon met pianobegeleiding
A.
unisono
B.
meerstemmig
C.
a capella
D.
homofoon
E.
polyfoon
8. 
Wat is close harmony?
A.
Een solozanger zingt voor, het koor zingt hem na.
B.
Meerstemmig zingen waarbij de verschillende melodiën dicht bij elkaar liggen.
C.
Zingen en improviseren met niet bestaande woorden en klanken.
D.
De verschillende melodiën worden door achtergrondzangers gezongen.
9. 
Op welke instrumenten kun je meerstemmig spelen?
A.
piano
B.
keyboard
C.
trompet
D.
accordeon
E.
gitaar
F.
dwarsfluit
10. 
Welke begrippen horen bij meerstemmigheid?
A.
homofoon
B.
polyfoon
C.
unisono
D.
scatten
E.
close harmony