1
Ik zorg er voor dat er geen problemen zijn in het verkeer.
2
Ik leer kinderen dagelijks dingen bij.
3
Ik ben dagelijks met dieren bezig. Ik verzorg ze indien nodig.
4
Ik verkoop medicatie en andere middelen.
5
Ik geef de muren van mijn klanten een mooi kleurtje.
6
Ik werk veel met bakstenen.
7
Ik help mensen die ziek zijn.
8
Ik het restaurant ben ik verantwoordelijk voor het maken van eten.