Crear actividad
Jugar Test
1. 
Duid de juiste beschrijving van de ovulatie aan.
A.
De eicel komt vrij uit de eitrechter en wordt opgevangen door de eierstok
B.
De eicel komt vrij uit de eierstok en wordt opgevangen door de eitrechter
C.
De eicel komt vrij uit de eierstok en wordt opgevangen door de eileider
D.
De eicel komt vrij uit de eitrechter en wordt opgevangen door de eileider
2. 
De oögenese is een ander woord voor ...
A.
de bevruchting van een eicel
B.
rijping van eicellen
C.
vorming, rijping en afbraak van eicellen uit kiemcellen
D.
eierstokcyclus
3. 
Wat bevat het follikel van De Graaf?
A.
Folikkelcellen
B.
Eicel
C.
Folikkelvocht
D.
Geel lichaam
4. 
De luteale fase is de fase waarin ...
A.
het gele lichaam verschrompelt
B.
de primaire follikel toeneemt in omvang tot een follikel van De Graaf
C.
de ovulatie begint
D.
de menstruatie plaatsvindt
5. 
Duid de juiste uitspraak aan.
A.
Bij de geboorte worden de primaire oöcyten nog volop gevormd. Pas tijdens de puberteit zijn alle primaire oöcyten gevormd en differentiiëren ze tot secundaire oöcyten. Tijdens de menstruatie pas komt de eicel tot rijping
B.
Bij de geboorte zijn reeds alle primaire oöcyten gevormd. Tot aan de puberteit differentiëren deze oöcyten verder tot diploïde oöcyten. Vanaf de puberteit beschikt de vrouw over rijpe eicellen.
C.
Bij de geboorte zijn reeds alle primaire oöcyten gevormd. Tot aan de puberteit differentiëren deze oöcyten verder tot secundaire oöcyten. Pas vanaf de puberteit beschikt de vrouw over haploïde oöcyten.
D.
Bij de geboorte zijn reeds alle primaire oöcyten gevormd. Tot aan de puberteit differentiëren deze oöcyten verder tot secundaire oöcyten. Vanaf de puberteit beschikt de vrouw over rijpe haploïde gameten.
6. 
Onder invloed van welk hormoon groeien de follikels tijdens dag 1-8 van de eierstokcyclus?
A.
Oestrogeen
B.
Progesteron
C.
Follikelstimulerend hormoon
D.
Luteïniserend hormoon
7. 
Bekijk de figuur. Welke structuur is verantwoordelijk voor de productie van oestrogeen en progesteron?
A.
Follikels
B.
Hypofyse
C.
Klieren van Bartholini
D.
Geel lichaam
8. 
Testosteron wordt geproduceerd door ...
A.
Zaadbuisjes
B.
Leydigcellen
C.
Follikelstimulerend hormoon
D.
Hypofyse
9. 
Welke cellen hebben ene voedende functie bij de spermatogenense?
A.
Leydigcellen
B.
Zaadcellen
C.
Sertolicellen
D.
Diploïde kiemcellen
10. 
Een secundaire spermatocyt is diploïd.
A.
Waar
B.
Niet waar
C.
Ik weet het niet