De
spijsvertering
Het
voedsel
dat
we
innemen
legt
een
hele
weg
af
.
De
voeding
wordt
steeds
in
kleinere
stukjes
afgebroken
,
dit
noemen
we
de
____________________
.
De
mond
Vooraleer
Jan
en
Klaas
in
de
mondholte
aankomen
,
worden
ze
door
de
____________________
in
kleine
stukjes
gebeten
.
De
kleine
brokjes
worden
in
de
mondholte
met
____________________
gemengd
tot
een
glad
papje
.
Het
waterig
speeksel
maakt
de
voedseldeeltjes
nat
,
glibberig
en
laat
deze
gemakkelijk
door
slikken
.
Het
mengen
van
het
speeksel
met
de
voedseldeeltjes
wordt
gedaan
door
je
kaken
en
je
____________________
.
De
slokdarm
Daarna
glijden
Jan
en
Klaas
door
een
poortje
naar
een
lange
darm
,
de
____________________
.
Deze
darm
zorgt
ervoor
dat
je
eten
in
je
maag
geraakt
.
Jan
en
Klaas
glijden
niet
vanzelf
omlaag
maar
worden
voortgeduwd
door
sterke
spieren
in
de
wanden
van
je
slokdarm
.
Ze
trekken
samen
om
Jan
en
Klaas
voort
te
duwen
.
De
maag
De
grote
ruimte
waarin
Jan
en
Klaas
terechtkomen
,
wordt
de
____________________
genoemd
.
In
deze
ruimte
wordt
je
eten
in
nog
kleinere
stukjes
gebroken
.
Dit
is
de
taak
van
de
zure
sappen
of
de
____________________
.
Deze
sappen
helpen
bij
het
doden
en
wegbranden
van
ziektekiemen
in
je
voedsel
.
Je
maag
zelf
is
gelukkig
beschermd
met
een
dikke
slijmlaag
,
die
drie
keer
per
dag
wordt
vernieuwd
.
Anders
zou
je
maag
wegbranden
.
Jan
en
klaas
worden
ook
heen
en
weer
geschud
in
deze
grote
ruimte
.
Dit
wordt
gedaan
door
de
____________________
,
die
uit
spieren
bestaat
en
die
het
eten
kneedt
en
vermengt
met
de
maagsappen
.
Tegen
die
tijd
dat
je
voedsel
je
maag
verlaat
,
lijkt
het
op
dikke
soep
.
Na
vier
uur
glijdt
het
mengsel
verder
naar
je
darmen
.
De
darmen
Als
Jan
en
Klaas
in
de
____________________
____________________
aankomen
,
zien
ze
voelhoorntjes
.
Deze
zorgen
ervoor
dat
de
nuttige
stoffen
uit
het
papje
worden
gezogen
.
De
andere
stoffen
blijven
in
de
dunne
darm
.
De
dunne
darm
wordt
dun
genoemd
omdat
hij
maar
2
vingers
breed
is
.
Hij
is
5
-
6
meter
lang
en
ligt
opgerold
in
het
lichaam
.
De
voelhoorntjes
geven
de
nuttige
stoffen
door
aan
je
____________________
.
Zo
worden
ze
door
het
lichaam
vervoerd
en
heb
je
energie
om
te
groeien
en
te
leven
.
Het
overgebleven
papje
gaat
verder
naar
de
____________________
____________________
.
Ook
hier
zien
Jan
en
Klaas
voelhoorntjes
.
Deze
zorgen
ervoor
dat
het
papje
een
vastere
brij
wordt
.
De
vaste
brij
wordt
____________________
genoemd
wanneer
deze
je
lichaam
verlaat
.