Helemaal
in
het
begin
van
het
verhaal
maken
we
kennis
met
ons
hoofdpersonage
:
____________________
____________________
.
Al
gauw
komen
we
te
weten
dat
hij
bij
zijn
afschuwelijke
oom
,
tante
en
neef
woont
:
de
familie
____________________
.
Hij
is
daar
niet
zo
maar
terecht
gekomen
;
op
de
avond
dat
Harry's
ouders
door
____________________
werden
vermoord
en
Voldemorts
spreuk
die
Harry
ook
had
moeten
doden
terugkaatste
op
hemzelf
,
bracht
professor
____________________
hem
met
een
brief
naar
zijn
familie
.
Daar
groeide
hij
op
tot
hij
op
zijn
elfde
verjaardag
een
brief
van
Zweinstein
kreeg
,
geleverd
door
de
vriendelijke
halfreus
____________________
.
Op
Zweinstein
maakt
hij
eindelijk
vrienden
,
onder
andere
met
____________________
Griffel
,
____________________
Wemel
en
____________________
Lubbermans
.