Kledingstijl: Deze jongeren dragen meestal wijde broeken en hebben vaak geverfd haar. Ook piercings zijn "in". Sommigen dragen een zwart kruis op de hand.
Ontstaan: Deze kleine subcultuur is vermoedelijk eind jaren '90 uit een stroming binnen de hardcore (hetgeen een uitloper is van de punkcultuur) ontstaan.
Muzikale stijl: De hele beweging was gebaseerd op onbelemmerde zelfexpressie, hetgeen ook tot uiting kwam in de muziek. Er werd vooral geluisterd naar folk en naar Dylan en The Doors.
Waarden en normen: Hoewel de jongeren uit deze subcultuur nauwelijks over politiek of actualiteit praten, delen ze een aantal inhoudelijke waarden zoals liefde, vrede, gelijkheid en verdraagzaamheid (o.a. ten opzichte van homo's en travesteiten.
Ontstaan: De basis van deze subcultuur was reeds enkele jaren eerder gelegd, maar pas in de lange, hete zomer van '76 in Londen drong deze door.
Ontstaan: Deze cultuur ontstond midden jaren '70 in de zwarte getto's van de Amerikaanse grootsteden In België brak deze cultuur pas begin jaren '80 door.
Uitgaan en dansen: "Flower power" De jongeren hielden ervan om ongedwongen en op blote voeten in de vrije natuur en op festivals te dansen.
Uitgaan en dansen: Deze subcultuur kent ook een eigen manier van bewegen: de breakdance.
Waarden en normen: Deze linksgeorriënteerde jongeren zetten zich af tegen het uitwassen van de consumptiemaatschappij en hebben vaak een puristische levensstijl, vrij van alcohol, drugs en on-night stands. De meesten van hen zijn bovendien vegetariër.
Muzikale stijl: De muziek steunt op de "kickbeat", een regelmatig ritme waar elke tijd benadrukt wordt door een sterke basdrum. Op muzikaal vlak bestaan vandaag bijna oneindig veel mutaties waarrond zich eveneens een aantal subculturen hebben genesteld.
Sociale klasse: Door de zware economische crisis en de toenemende werkloosheid in de jaren '70 was deze tegencultuur in Engeland erg in trek bij de gedesillusioneerde jonge arbeidsjeugd en bij werk-en daklozen
Kledingstijl: De jongens uit deze subcultuur droegen vetkuiven, zwarte leren jekkers en blue jeans. Een echteaparte kledingstijl voor de meisjes was er nog niet, zij konden alleen improviseren met de heersende mode (twinsets en petticoats). Vaak wisten ze toch op te vallen door hun gebruik van make-up en extravagante kapsels.
Muzikale stijl: Voor de jongeren uit deze subcultuur was rock'n roll de favoriete muziek en Elvis Presley het grote idool (net zoals de overgrote meerderheid van de jeugd trouwens).
Ontstaan: Deze subcultuur is in de jaren'50 in de VS ontstaan, maar waaide al snel over naar Europa.
Waarden en normen: Deze subcultuur zwoer radicaal alle heersende waarden af. De jongeren leefden in hun eigen pessimistisch en apocalyptisch wereldje en ook hun gedrag week af van de norm. ze leefden in de goot en in gekraakte panden. Werken deden ze niet en hun tijd brachten ze door met het luisteren van hun favoriete bandjes en het drinken van liters bier.
Muzikale stijl: Door het ritmische uitspreken van vrezen met een politieke en sociale boodschap, wordt de maatschappij in de muziek soms scherp bekritiseerd. De sleutelelementen in deze muziek zijn de "breakbeat", de "funky grooves", het "rappen" en het "scratchen" van platen.
Muzikale stijl: De ideeën van deze jeugdsubcultuur vonden hun weerklank in de ruwe muziek met luide, scheurende gitaren en rauwe, schorre kreten van agressie en ontevredenheid. "The sex pistols" waren de voornaamste vertegenwoordigers van het ongepolijste muziekgenre.
Sociale klasse: De leden van deze subcultuur vormen een heterogeen gezelschap: alle klassen en alle lagen van de bevolking zijn vertegenwoordigers.
Muzikale stijl: De jongeren uit deze jeugdsubcultuur luisteren vooral naar ruige muziek, zoals hardcore, emocore en metalcore.
Kledingstijl: Deze subcultuur had een opvallende shockerende mode met eigen identiteit- en tekenfunctie: gescheurde kleren, zwart leer, agressieve, fel gekleurde kapsels, veiligheidsspelden, halsbanden met ijzeren pinnen. Kortom, hun chaotische look weerspiegelde perfect hun ontgoocheling in de huidige maatschappij.
Uitgaan en dansen: De specifieke dans van deze jeugdsubcultuur wordt pogo genoemd.
Sociale klasse: De jongeren uit deze subcultuur waren meestal afkomstig uit de gegoede middenklasse.
Sociale klasse: Deze "leefstijl" was vooral bij jongeren uit de arbeidersklasse erg populair.
Waarden en normen: De bestendiging van de identiteit en het zelfbewustzijn van de (zwarte) bevolking zijn belangrijke waarden van deze jeugdcultuur. Dit gebeurt vaak door het uiten van scherpe en soms zelfs gewelddadige maatschappijkritiek (onder andere via hun specifieke muziekstijl).
Ontstaan: Deze subcultuur deed midden jaren '60 zijn intrede in de VS, meer bepaald in Californië.
Uitgaan en dansen: Deze subcultuur troept vaak samen in megadancings en afterclubs waar de dansende massa urenlang uit de bol gaat. Soms worden zelfs grootschalige illegale party's in afgedankte loodsen of op parkeerterreinen georganiseerd.
Waarden en normen: Deze jongeren verwierpen de kapitalistische samenleving en trachtten zelf een alternatieve samenleving op te bouwen gebaseerd op postmaterialistische waarden zoals een beter leefmilieu, vrede, verdraagzaamheid en antikernenergie. Ook vrijheid, vrije liefde, blijheid en eerbied voor vreemde en mystieke culturen werden hoog in het vaandel gedragen.
Sociale klasse: De jongeren uit deze subcultuur waren afkomstig uit, zowel de middenklasse als de arbeidersklasse.
Waarden en normen: De jongeren uit deze subcultuur leefden om plezier te maken. De school werd al snel verlaten om geld te verdienen teneinde op eigen benen te kunnen staan. De waarden goed studeren, hard werken, braaf sparen voor later en voorbeeldig leven waren aan hen niet besteed. Zij leefden voor het hier en nu, voor onmiddellijke genotsbevrediging.
Sociale klasse: De jongeren uit deze subcultuur komen uit alle sociale klassen. De laatste jaren trekt de beweging meer meisjes. Hoewel het een antiracistische beweging is, blijven de allochtonen een zeldzaamheid.
Kledingstijl: De jongeren uit deze subcultuur droegen jonge en vlotte mode, waarin jeans, dunne stofjes, kleurige bloemenmotiefjes en Indiase sandalen de hoofdrol speelden. Etnische kledingstukken waren ook zeer populair, daar het hen een gevoel van oorspronkelijkheid, authentiteit en zuiverheid gaf.
Kledingstijl: De kledingstlijl van deze jongeren is erg divers en kan moeilijk getypeerd worden. Jongens droegen meestal baseballpets en strakke jeans. Meisjes kiezen vaak voor sexy en uitdagende topjes en jurken. ook de hoge Buffaloschoenen zijn, zowel bij jongens als meisje, erg in trek.
Uitgaan en dansen: Door de jongeren werd voornamelijk rock'n roll gedanst.
Ontstaan: Deze jeugdcultuur ontstond in de late jaren '80 in Chicago en Detroit, waar zwarte DJ's de blauwdruk voor de actuele elektronische dansmuziek tekenden.
Kledingstijl: Bij deze subcultuur hoort een hele dresscode: brede, achterstevoren gedraaide broeken, trainingspakken, sportieve kleding, sweaters, baseballpetten en sneakers.
Uigaan en dansen: De jongeren ontmoeten elkaar op concerten, waar het dansen vaak gepaard gaat met heel wat duw- en trekwerk (variant van pogo).