-
g of ch?
Relacionar Gruposg of ch?
-
Ou of au?
Relacionar GruposOu of au?
-
Ei of ij?
Relacionar GruposEi of ij?
-
Geef het juiste woord
CrucigramaGeef het juiste woord
-
Geef de infinitief .
CrucigramaGeef de infinitief .
-
Geef de stam van het werkwoord
CrucigramaGeef de stam van het werkwoord
-
Duid de werkwoorden aan.
Relacionar GruposDuid de werkwoorden aan.
-
TBS 9 Verwijswoorden
Relacionar ColumnasVul aan met het juiste verwijswoord.
-
TBS 8: Bovenliggende begrippen
Relacionar GruposOrden de woorden bij het juiste begrip.
-
TBS Thema 7: Spiegelwoorden
Relacionar ColumnasZoek het juiste spiegelwoord.
-
TBS 7: Keerwoorden
Relacionar ColumnasMaak een keerwoord met deze letters.
-
TBS Thema 8: Woordsoorten
CrucigramaVul het juiste woord in.
-
TBS Thema 8: Woordsoorten
Relacionar GruposVerbind alle lidwoorden, zelfstandige naamwoorden, eigennamen, werkwoorden, bijvoeglijke naamwoorden.
-
TBS Thema 9: Tegengestelden
Relacionar ColumnasVerbind het woord dat tegengesteld is.
-
TBS Thema 9: Synoniemen
Relacionar ColumnasZoek het woord dat ongeveer hetzelfde betekent.
-
TBS Thema 9: Homoniemen: Vul aan met het juiste woord.
Completar frasesSommige woorden kunnen meerdere betekenissen hebben. Vul het juiste woord in.
-
TBS Thema 7: Leestekens
Relacionar GruposZoek de zinnen met dezelfde leestekens.
-
WP 12: ng of nk?
Completar frasesVul in met de juiste letters: ng of nk?
-
WP 11
Relacionar GruposWat hoort bij elkaar? Verbind samenstellingen, oo voor ch, ee op het einde van een woord, a/o/u op het einde van een woord met elkaar.
-
WP 10 : Verenkelen/Verdubbelen
Sopa de letrasZoek de woorden in de woordzoeker.
-
WP 9: Verenkelen/Verdubbelen
CrucigramaVul het kruiswoordraadsel aan met het juiste woord.
-
WP 8: Verenkelen/Verdubbelen
Completar frasesVul aan met de juiste letter(s).
-
Kruiswoord: Infinitief OF stam
CrucigramaVul aan met de stam of infinitief van het werkwoord.
-
Vul de persoonsvorm aan. (t.t)
Completar frasesGebruik je werkwoordschema om de persoonsvorm aan te vullen in de tegenwoordige tijd.
-
Kruiswoordraadsel: pv. aanvullen
CrucigramaVul in met de juiste persoonsvorm, in de juiste tijd. Tegenwoordige tijd (t.t.) of verleden tijd (v.t)
-
Vul aan met de juiste uitgang.
Completar frasesSchrijf bij elke stam de juiste uitgang, zodat de zin klopt.
-
Enkelvoud of meervoud?
Relacionar GruposStaan onderwerp en persoonsvorm in het enkelvoud of in het meervoud?
-
Geef de stam.
Completar frasesVul de stam in tussen haakjes.
-
Geef de stam (ik-vorm).
Completar frasesGeef telkens de stam van de persoonsvorm.
-
Vul in met pv in t.t. of v.t.
Completar frasesVul de zin aan met de juiste werkwoordsvorm, in de juiste tijd? Is het tegenwoordige tijd of verleden tijd?
-
Tegenwoordige of verleden tijd
Relacionar GruposGebeurt het nu (t.t.) of het gebeurde het vroeger (v.t.)?
-
Kruiswoordraadsel: Infinitief
CrucigramaZoek het werkwoord in elke zin. Vul het kruiswoordraadsel aan met de juiste infinitief van deze werkwoordsvorm.
-
Koppel elk werkwoord aan zijn infinitief.
-
Verbind met de juiste letter
Relacionar GruposZoek de correcte klank.
-
Vul in.
Completar frasesWP 1-7
-
Rangschik alfabetisch
Ordenar PalabrasZet de woorden uit het woordpakket in alfabetische volgorde.
-
Vul aan met het correcte woord
CrucigramaKruiswoordraadsel
-
Zoek de woorden uit WP 1-7
Sopa de letrasVoorbereiding controledictee