het koppelteken 3

Je schrijft een koppelteken bij een voorvoegsel gevolgd door een afkorting.

Je schrijft een koppelteken in woordcombinaties met als eerste lid: niet, non, bijna, oud, sint, ex.

Je schrijft een koppelteken in gemengde samenstellingen. Schrijf een koppelteken tussen de vreemdtalige, niet-Engelse delen.

Je schrijft een koppelteken bij klinkerbotsing tussen de samenstellende delen.

Je schrijft een koppelteken in de plaats van weggelaten woorddelen.

Je mag een koppelteken gebruiken bij lastig leesbare samenstellingen.

Je schrijft een koppelteken in gemengde samenstellingen. Behoud het koppelteken in samenstellingen met Engelse woorden die al een koppelteken hebben.

Je schrijft een koppelteken in gemengde samenstellingen. Schrijf een koppelteken in Engelse woorden waarvan het tweede deel een voorzetsel is dat met een klinker begint.

Je schrijft een koppelteken in samenstellingen met cijfers, letters, tekens, en afkortingen die je niet als een woord kunt lezen.

morning-afterpil

land- en tuinbouwschool

cd-speler; @-teken

jazz-zanger; bom-melding; bommel-ding

na-apen; auto-ongeval; zee-egel

black-out

oud-leerling; Sint-Niklaas, ex-man

ge-sms

in-vitrofertilisatie