Crear juego
Jugar Test
1. 
Dierlijke cellen zijn...
A.
eukaryoot
B.
prokaryoot
C.
soms eukaryoot, soms prokaryoot (hangt van de diersoort af)
D.
het juiste antwoord is niet gegeven
2. 
Dieren zijn...
A.
autotroof
B.
heterotroof
C.
soms autotroof, soms heterotroof (hangt van de diersoort af)
D.
het juiste antwoord is niet gegeven
3. 
Dierlijke cellen hebben...
A.
een celwand
B.
een celmembraan
C.
een celwand en een celmembraan
4. 
Chordadieren zijn...
A.
steeds gewervelde dieren
B.
steeds ongewervelde dieren
C.
meestal gewervelde dieren, soms ongewervelde dieren (hangt van de diersoort af)
D.
meestal ongewervelde dieren, soms gewervelde dieren (hangt van de diersoort af)
5. 
Een chorda dorsalis dient voor...
A.
voortplanting
B.
steun
C.
vertering
D.
doorsturen van signalen in het lichaam
6. 
Een wervelkolom heeft voordelen t.o.v. een chorda dorsalis: meer steun, grotere buigzaamheid, opvangen van schokken en een betere bescherming van...
A.
de hersenen
B.
de ingewanden
C.
de slokdarm
D.
het ruggenmerg
7. 
Gewervelde dieren die ademen via longen en die hoornschubben hebben, behoren tot de klasse van de ...
A.
reptielen
B.
amfibieën
C.
vissen
D.
vogels
8. 
Dit dier hoort bij de stam van de ...
A.
holtedieren
B.
weekdieren
C.
geleedpotige dieren
D.
platwormen
9. 
Dit dier behoort tot de stam van de ...
A.
gelede wormen
B.
ronde wormen
C.
platwormen
D.
weekdieren
10. 
Dit dier behoort tot de stam van de ...
A.
stekelhuidige dieren
B.
geleedpotige dieren
C.
weekdieren
D.
holtedieren