1
Kindervriend met mijter en staf.
2
Knecht van Sinterklaas.
3
Een wit soort paard waar Sinterklaas op rijdt.
4
In deze maand wordt Sinterklaas gevierd.
5
Moet je 's avonds zetten voor je gaat slapen.
6
Wat zit er in de zak van zwarte piet?
7
Vul aan: Hoor de wind waait door de ....
8
Staat op de muts van zwarte piet.
9
Sinterklaas heeft het in zijn hand.
10
De zwarte kleur op het gezicht van zwarte piet is ....